In de vorige blog benoemde ik dat we uiteraard als ouders niet zomaar de draakjes van onze kinderen altijd maar kunnen accepteren.
In de praktijk krijg ik vaak de vraag hoe we onze kinderen dan liefdevol kunnen begrenzen.
Het begint allemaal met oefenen met de draakjestaal toepassen binnen je gezin.
Start met het benoemen van welke draakjes je ziet. Vaak is het in moment zelf olie op het vuur gooien, maar met name achteraf kun je mooi bespreken welke draakjes er voorbij kwamen. Dit kan bijvoorbeeld een onderdeel van het bed ritueel worden, waarin je samen bespreekt welke draakjes er die dag naar voren zijn gekomen, maar ook wat er al allemaal heel fijn ging die dag, dus waarin je kind straalde als een zonnetje.
Wanneer jullie gewend zijn aan het benoemen van de draakjes kun je samen een gesprek voeren over hoe je omgaat met draakjes. Je kunt je kinderen uitleggen dat draakjes altijd met andere draakjes willen spelen, dus als de één een draakje heeft, de kans groot is dat de ander ook een draakje krijgt. Denk maar aan een mopper draak. Als de één een mopper draak heeft krijgt de ander die vaak ook. Om die reden kun je met elkaar afspreken dat een draakje in huis niet welkom is. Dat wanneer één iemand een draakje heeft, die een time-out krijgt, om te voorkomen dat de anderen ook draakjes krijgen. Bij ons thuis hebben we afgesproken dat degene met een draak eerst een waarschuwing krijgt met de vraag ‘hou je het vast of laat je het los?’ en dat vervolgens de draak door papa of mama op de time-out plek gezet wordt en door de rest van het gezin genegeerd wordt. Op deze manier kun je vervolgens de draakjes gaan begrenzen.
Wij hebben geregeld voorbeeld situaties gehad met mijn zoontje van inmiddels 5 jaar. Hij heeft een temperamentvol karakter met een sterke wil, waardoor hij regelmatig last heeft van een 'ik wil het' draak. Toen hij bijna 4 was had hij een keer in zijn hoofd dat hij vlak voor het eten een bakje chips wilde en terwijl hij dat voor zichzelf ging pakken (zonder te vragen) kreeg hij van mij te horen dat dat niet mocht, omdat we bijna zouden gaan eten. Vervolgens werd hij mopperig en dreinerig. Ik heb vervolgens benoemd 'Ik zie een 'mopper' draak en een 'ik wil het' draak. Het antwoord blijft nee. Je hebt dus nu de keus om je draakjes vast te houden of los te laten. Beide zijn prima, maar als je de draakjes vast houdt mag je met ze naar de mat.' Mijn zoontje werd vervolgens boos, want een draak houdt er niet van om begrenst te worden. Ik heb benoemd dat ik heel veel van hem hou, maar dat ik zijn draakjes niet accepteer. Dus nogmaals de vraag gesteld 'Hou je het vast of laat je het los?'. Mijn zoontje ging op de grond liggen, brullend en tierend, dat hij chips wilde en dat het niet eerlijk was. Ik heb nogmaals benoemd dat ik heel veel van hem hou, maar dat ik deze boze draak niet accepteer. Dat ik zie dat hij zijn draakjes vast houdt, dus met zijn draakjes naar de mat mag. Ik heb hem liefdevol bij kop en kont gepakt en zonder nog ergens op te reageren op de mat gezet. Op de mat heb ik benoemd dat zodra hij zijn draakjes los kan laten hij weer terug kan komen. Mijn kinderen krijgen dus niet een tijd voor de time-out, maar de keuze om hun draakjes vast te houden of los te laten. Hoe sneller zij hun draakjes los laten, hoe sneller ze weer terug kunnen. Inmiddels blijft zowel mijn zoontje als dochter op de mat zitten tijdens de time-out, maar toen ik met deze techniek begon natuurlijk niet. Mijn dochter heeft driftbuien van 1,5 uur gehad, waarin ik haar steeds weer terug op de mat zette, met daarbij de boodschap dat ze terug kon komen als ze haar draakjes los zou laten. Essentieel hierin was dat ik het gedrag van de draak (gillen, stampen, krijsen, schoppen) volledig negeerde. Uiteindelijk kalmeerde hun draakjes, omdat ze geen aandacht kregen en kon ik de vraag stellen ‘hou je het vast of laat je het los?’. Wanneer ze hun draakjes los lieten kregen ze een dikke knuffel en konden ze weer erbij komen. Mijn zoontje kon in zijn boosheid nog wel eens roepen ‘IK HOU HEM LEKKER VAST!!!’ waarop ik alleen maar antwoordde ‘Prima, als je nog even met je draak wil blijven spelen blijf je hier nog maar even zitten en kom ik straks wel weer bij je kijken.’ Hierbij is het belangrijk dat je rust uitstraalt en van binnen vertrouwen voelt dat je de boosheid van je kind zijn draak aan kunt, hoe lang deze ook duurt. Inmiddels zijn mijn kinderen al zo gewend aan deze techniek dat ze in staat zijn om bij de eerste waarschuwing hun draakjes al los te laten. Mijn dochter heeft soms nog wel eens moeite met haar draakjes loslaten en gaf een keer huilend aan dat ze hem wel los wilde laten, maar dat het niet lukte. We hebben toen de afspraak gemaakt dat ze altijd om hulp mogen vragen als ze hun draakjes los willen laten, als dat hen op dat moment niet lukt.
Hierover in een volgende blog meer.
Reactie plaatsen
Reacties
Wat mooi om te lezen Melody! Kan ik thuis en op school wat mee.
Even spulletjes bestellen, dan kan ik er ook mee aan de slag op school, heb een aantal kinderen die ik hiermee in groepjes mag begeleiden :)